Ergens las ik – ik meen via een gedeeld artikel op Twitter – dat onze jeugd zal opgroeien als een generatie van “halve analfabeten”. De reden daarvoor is – onder andere – dat men die jeugd in de basis enkel een vooral ‘heel leuke’ opleiding wil meegeven. Eentje die gespeend is van iedere opvoedkundige, speelse ‘zweep’, die wars is van enig ‘moeten’. Een mentaal zweepje dat van oudsher wel gebruikt werd in studies en opleidingen.
Laat ik nu de laatste zijn die roept dat vroeger alles beter was. In mijn tijd moest alles je immers óók het liefst (zo) makkelijk (mogelijk) afgaan. Ik kan me herinneren dat ik nooit ook maar ene flikker uitvoerde op de middelbare school. Daardoor werd er subiet en abusievelijk aangenomen dat ik een luie donder was en daarom maar een treetje lager op de ladder moest gaan staan. Zo kwam ik terecht op die vreselijke MAVO, waar ik natuurlijk weer te hoog scoorde en uitbundig werd gepest om mijn ‘stuud’ zijn.
Er was echter één dingetje wat me in latere dagen wel meezat: mijn aangeboren nieuwsgierigheid. En dat met name met betrekking tot onze taal. Nee, van wiskunde had ik geen kaas gegeten. Maar zelfs nu, wanneer ik er een beetje moeite voor doe, kan ik ook daar plotseling wel de logica van inzien. Had mijn lerares wiskunde me vroeger maar wat harder opgevoed. Had ze maar een iets doeltreffender ‘zweepje’ gehanteerd. Dan was ik nu waarschijnlijk beter terechtgekomen.
Men gaat er hoe dan ook nog steeds vanuit dat de jeugd het zélf moet willen. Men denkt dat de leerling, als hij/zij maar genoeg intelligentie en wilskracht bezit, het allemaal zelf wel spontaan zal opknappen, al dat leren en die eventuele studie(s) daarna.
Om nog even terug te komen op taalvaardigheid; mijn nieuwsgierigheid om met name mijn eigen taal meester te worden (en te blijven), is nog steeds buitenproportioneel. Ik wil kúnnen schrijven. Ik gruwel van woorden als ‘me’ als bezittelijk voornaamwoord. Mijn haren rijzen spontaan te berge en ik wil niets liever elke situatie en elk gesprek waarin dergelijk woordgebruik mogelijk voorkomt, vermijden. Of fysiek ontlopen, zo je wilt.
Intussen hoop ik vurig dat diezelfde jeugd van tegenwoordig ooit datzelfde ‘verloren talent’, die hemeltergende nieuwsgierigheid, ook vanuit eigen ambities zal ontwikkelen en het comfortabele analfabetisme kan afschudden. Niet alleen ten behoeve van mijn eeuwigdurende zucht naar correct Algemeen ‘Beschaafd’ (bijgeschaafd?) Nederlands, maar met name omdat onze taal mij – en hopelijk ook jou – zo gruwelijk veel waard is.
Deze blogpost verscheen tezelfdertijd op hoevrouwendenken.nl.
We zijn allemaal geboren met een natuurlijke nieuwsgierigheid en leerdrang. Net de school is de plaats waar nieuwsgierigheid verboden is. Daar mag je geen eigen interesse hebben. Het gaat er niet over dat we harder moeten opvoeden maar wel dat we de jongeren hun eigen interesse moeten laten volgen. Ongetwijfeld komt bij interesse elke basisvaardigheid aan bod. Het leren krijgt zin voor de lerende. Zoals je zelf aanhaalt heb je duidelijk geen plezier gehad in jouw leertraject. Stel je voor met welk plezier je had kunnen terugdenken aan je jeugd als je zelf de regie en verantwoordelijkheid in handen had gehad.
@Mama vandrie: Daar staat dan weer haaks op dat ik tenminste niet als een halve analfabeet ben opgegroeid. Either way… 🙁
Jammer dat je dat denkt want mensen leren het best buiten de school om. Ook lezen en rekenen, aangezien we er in het dagelijkse leven niet onderuit kunnen, wordt perfect geleerd zonder school of leerkracht. Je geeft zelf het perfecte voorbeeld: jij wil kunnen schrijven en dit onderhouden; dat lukt blijkbaar vrij goed zonder school. Ook wiskunde waar je nochtans niet goed in was (dacht je) blijkt nu toch logisch te zijn. School doet ons geloven dat we niets kunnen zonder dit instituut maar het omgekeerde is waar
@Mama vandrie: I rest my case… Succes.