Melancholie. Het hoort bij een clown, zegt men, of bij mensen van wie men roept dat ze humor bezitten. Melancholie schijnt een van die vele karaktereigenschappen te zijn, waarover men nou niet echt opschept. Of waarop men trots is. Toch herken ik dat, bedenk ik me meermaals tijdens het lezen van een aantal boeken van Toon Hermans.
Ook ik weet me op de meest ongeziene momenten in een bepaald hokje van mijn brein te verschansen, wat of Freud of Jung wellicht die schaduwzijde zouden benoemen, maar dat terzijde.
Sinds ik deze boeken van Toon lees krijg ik ongelooflijk veel inspiratie. Heb ik er reeds vijf blogposts opzitten waarover ik me zelf nog het meest verbaas. En ook dat zat in zijn karakter besloten. Hij is voor mij nog steeds een van die alltime favoriete conferenciers met zijn pretoogjes, weergaloze typetjes en ja zeker ook die typische melancholie.
Hoe vrolijk word je van:
Dan wil ik even met de kinderen touwtje springen,
dan wil ik vogels horen fluiten in een boom,
dan wil ik eventjes een luchtig liedje zingen,
dam klim ik langs m’n kleine muziekje naar mijn droom ~ Toon Hermans (uit Fluiten naar de overkant)
En hoe raak ook dit stukje:
Zo staat hij lachend aan de bar
nog maar een tonic ‘met’
maar thuis komt straks de eenzaamheid
alleen op ’t lege bed ~ Toon Hermans (uit Fluiten naar de overkant)
Zo af en toe, als ik zelf vertwijfeld raak over mijn eigen ondeugd en waar die nu blijft in deze stukjes, weet ik weer welke boeken ik dan moet oppakken. En waardoor mijn geestdriftige zin in schrijven weer vandaan komt.
Dank je wel, Toon Hermans, voor jouw mooie ‘zijn’ al die jaren…